Spring naar inhoud

De onjuiste strijd tussen ZonneDaken en ZonneParken

De afgelopen weken is in de media een aantal malen de discussie over zonneparken opgedoken. Zonneparken zouden lelijk zijn, schadelijk zijn voor de biodiversiteit, ongewild door omwonenden en dezelfde opgave zou ook op daken kunnen. Oh ja, buitenlandse investeerders verdienen ook nog eens flink aan de inzet van ons subsidiegeld.

In de meest ideale situatie leggen we inderdaad industriedaken vol met zonnepanelen. Maar de grote vraag is of de energietransitie kan wachten op de meest ideale situatie. Het halen van de Parijse klimaatdoelen draait namelijk om tempo en de beschikbaarheid van middelen. Iedere beschikbare transitie euro kan maar één keer uitgegeven worden en ieder jaar wachttijd verlaagt in een schrikbarend tempo het beschikbare carbon budget. Zonneparken gaan vele malen sneller dan zon op dak, dat is een feit. Zomaar even wat oneigenlijke argumenten opdiepen om enerzijds zonneparken in een kwaad daglicht te stellen en anderzijds te veronderstellen dat zon op dak net zo snel en tegen dezelfde kosten kan schaadt de energietransitie.

Ik probeer hieronder puntsgewijs te beargumenteren waarom we zonneparken nodig hebben en waarom de argumenten om het niet te doen een valse voorstelling van zaken geeft door mensen met een one-issue agenda.

Over bedrijfsdaken

Zon op dak is uiteraard geen verkeerde oplossing maar kent nogal wat problemen waardoor snelle opschaling zeer bedenkelijke is. Daken moeten daarom  niet afgezet worden tegen zonneparken.

  1. De meeste grote bestaande bedrijfsdaken zijn ongeschikt voor solar omdat ze minimaal zijn gedimensioneerd op statische belasting. Aanpassen kan uiteraard maar kost veel tijd en geld. Het betreft namelijk panden die in gebruik zijn en vaak volgebouwd met stellingen en installaties. Uiteraard is lichtgewicht solar in de vorm van dunne-film techniek mogelijk maar ondanks het feit dat die technologie al vele jaren veelbelovend is daalt de prijs daarvan minimaal. De techniek concurreert in die zin niet met zonneparken (tempo en geld weet u nog).
  2. Ook bedrijventerreinen hebben net als zonneparken niet zomaar de infrastructuur liggen voor het afnemen van enorme piekvermogens. Dat kan aangelegd worden maar het is in tijd en geld ingewikkelder dan een nieuwe kabel in het buitengebied. Dat is dus een vertragende factor.
  3. Verzekeraars vinden zonnedaken in toenemende mate een risico waardoor de premies bij zon op dak flink stijgen. Hoe onterecht het wellicht ook is het is een reden waarom ondernemers toch afzien van zonnedaken. Dit verstoord dus het tempo.
  4. Verplichtingen om PV te installeren of om daken beschikbaar te stellen zijn conceptueel goed voor te stellen maar nog lang niet ingevoerd. Zeker niet op de schaal van zonneparken die voor wat betreft omvang in aanmerking komen voor SDE++ subsidie. Verplichtingen bij nieuwbouw op de schaal van zonneparken dwingt de ondernemer ook in een onmogelijke positie waar lang tegen geageerd zal gaan worden. Verplichten dat daken voor de toekomst voldoende sterk zijn voor zon op dak is wel te doen maar kost tijd en is dus een oplossing die nauwelijks bijdraagt aan de doelen van 2030.
  5. Zon op dak is voor de schaal waarop hier gesproken wordt zo’n 2 cent per kWh duurder dan de zonopbrengst van een park. Dat lijkt weinig maar is op handelsprijs niveau een significant verschil. Het is dus aantrekkelijker om de euro die je maar één keer kunt uitgeven te investeren in zonneparken.
  6. De verwarring wordt nog wat groter wanneer word verwezen naar het potentieel aan zonnedaken op huizen. Die is er ongetwijfeld maar kan niet afgedwongen worden bij particuliere woningeigenaren. Zonneparken leveren op korte termijn significant meer potentieel aan het halen van de klimaatdoelen. Gokken op een omgeving met een complexere actorencontext is te risicovol.

Over de Energietransitie

  1. We hebben geen tijd en kunnen geen optie uitsluiten welke bijdraagt aan het halen van de carbon budgetten die zijn gekoppeld aan het klimaatakkoord van Parijs.
  2. We hebben beperkte financiële middelen want we moeten nog veel meer doen dan zonne-energie om de klimaatdoelen te halen.
  3. Landschappen die bijdragen aan de energievoorziening zijn in de geschiedenis van energietransities van alle tijden. Het zijn vaak disrupties geweest van landschapswaarden met langjarige effecten (kolenmijnen, Zaanse windmolens, bomenkap, veengebieden etc.). Zonne-energie is van een veel beperktere duur en het is vrij zeker dat we over 20 jaar andere en betere oplossingen hebben voor energieopwekking.
  4. Het rijk heeft SDE+ subsidie toegekend aan zonneparken om het verschil tussen kostprijs en opbrengst te compenseren. Dat geld is beschikbaar voor iedere ondernemer die hier brood in ziet. Als buitenlandse ondernemers de beoogde capaciteit realiseren dan betekent dat nog steeds dat de subsidiemiddelen bijgedragen hebben aan het behalen van de beoogde doelen. Het is onjuist en zelfs abject om te veronderstellen dat buitenlandse bedrijven er met deze subsidie vandoor gaan. Ook in de andere sectoren, onder meer de bio-industrie, wordt door buitenlandse bedrijven geïnvesteerd met steun van de overheid en verdwijnen winsten (na afdracht belastingen) naar buitenlandse aandeelhouders. Waarom is dat bij zonneparken plotseling een probleem?
  5. Na 2030 zijn we er nog niet. Ook na 2030 zal er nog fors geïnvesteerd worden in zon-PV (in 2030 is 85PJ gepland en voor 2040 is dat 235 PJ). Het is slim om nu de condities te creëren om die opgave wel zoveel als mogelijk op daken te realiseren. Dat betekent de norm aanpassen voor nieuwbouw van grote bedrijfshallen, voldoende aansluitcapaciteit, slim combineren met laden van EV’s, gunstige condities voor ondernemers, afspraken met verzekeraars etc.

Over de zogenaamde natuurwaarden die verloren gaan

  1. Zonneparken worden niet gebouwd op gronden met een hoge landschappelijke waarden wat wordt verondersteld door tegenstanders. Het betreft over het algemeen landbouwgronden met een lage ecologische waarden waar voorheen Engels Raaigras of Mais werd verbouwd jaarlijks voorzien van een flinke hoeveelheid kunstmest en drijfmest. Zeer schadelijk voor de biodiversiteit. (hierbij een link naar een presentatie over biodiversiteit voor een hoorzitting van de Tweede Kamer). Waarom zonneparken plotseling aan allerhande biodiversiteitseisen moeten voldoend is op z’n minst merkwaardig te noemen. Onderzoek van de WUR heeft overigens uitgewezen dat zonneparken kunnen bijdragen aan het herstel van de bodem en de biodiversiteit en heeft daar richtlijnen voor opgesteld. Die zouden verplicht gesteld kunnen worden bij vergunningsverlening. Er zijn daarnaast ook heel goede voorbeelden van zonneparken die goed ingepast worden in landschappen.
  2. De doelen van 2030 gaat over slechts 0,7% het landbouwareaal (= 12.740 ha) volgens berekeningen van Holland Solar. Dat is ongeveer het oppervlak van de gemeente Almere. Het gaat vervolgens om postzegels in het landschap die alleen als geheel kunnen worden waargenomen door mensen die dagelijks met een helikopter reizen (dat zijn er zeldzaam weinig alhoewel stedenbouwers en landschapsontwerpers ons het idee geven dat mensen op die manier het landschap beleven). De kans is klein dat de gemiddelde Nederlander gedurende zijn leven veel zonneparken gaat tegenkomen. Het is een oneigenlijk voorstelling van zaken om net te doen of Nederland wordt volgeplempt met zonnepanelen.

De Getallen:

De opbrengst van een hectare zonnepark is zo’n 1 GWh per jaar. Het doel voor ZON-pv per 2030 is 23.700 GWh (26 GWp). Op dit moment hebben we ca. 8.750 GWh (10 GWp) gerealiseerd waarvan ca. 1.820 GWh in parken. We hebben dus nog zo’n 15.000 GWh te realiseren. Voor het gevoel, dat zijn zes miljoen huizen met 8 zonnepanelen op het dak. De verwachting is dat zo’n 10.900 GWh wordt gerealiseerd in parken en 4.100 op daken.

  1. Wanneer iemand een manier weet om die 10.900 GWh voor 2030 op daken te realiseren mag nu z’n hand opsteken. De onzekerheden dat het niet lukt (kosten, actorencontext, technische haalbaarheid, wettelijk kader) is echter zeer groot. Een onbehoorlijk risico dus.  
  2. De gewassen die zogenaamd verdrongen worden zijn bedoeld voor een bio-industrie die 5x efficiënter voedsel kan produceren op veel minder land zonder tussenkomst van dierenmagen. Minder dieren en minder export zorgt voor een veel grotere kwaliteitsverbetering in landschapswaarde dan het weglaten van snippers zonneparken die gezamenlijk optellen naar slechts 12.740 ha.

21 gedachten over “De onjuiste strijd tussen ZonneDaken en ZonneParken Plaats een reactie

  1. De boodschap afgelopen week van dhr Rotmans dat je aanleg van zonneparken overbodig zou zijn als je alle (bedrijfs-) daken vol zou leggen met PV was voor mij wel een eye-opener.
    Praktisch is het waarschijnlijk niet vanwege de bovenstaande door jouw genoemde argumenten, waar ik het merendeels wel mee eens ben.
    Wel wat aanmerkingen:
    . Draaglast van veel bedrijfsdaken is veelal onvoldoende. Dhr Rotmans stelde voor – in een tussenzin – tbv dak-versterking ook SDE geld in te zetten. Zou kunnen.
    . Inzetten van (lichtgewicht) dunne film panelen. De Wp / m2 opbrengst van deze panelen in ondertussen de helft van reguliere panelen. De meest in NL bekende CIS panelen (Solar Frontier, in NL niet meer verkrijgbaar) hebben nooit meer dan 175 Wp gehaald, tegenover standaard panelen ca 350 Wp. Voor grootschalige productie met CIS panelen heb je dus nog minstens twee keer zoveel dakoppervlak nodig als met reguliere panelen. En dakoppervlak is nu juist een schaars goed, zowel bedrijfsmatig als particulier.
    . Ik kan me nauwelijks voorstellen dat de capaciteit van het van het stroomnet schaarser is op bedrijfsterreinen dan in het buitengebied. Idem dat het versterken ervan duurder zou zijn op bedrijfsterreinen dan in het buitengebied.
    Bedrijfsterreinen liggen veelal dichtbij wat grotere bewoningscentra; in het buitengebied weet je zeker dat je meer (loze) kilometers kabels moet aanleggen naar het dichstbijzijnde stroom knooppunt.

    Het lijkt mij dat je het een (zonneparken) moet doen, en het andere (PV op (bedrijfs-dak) niet moet nalaten.
    En de overheid (rijks of provinciaal) mag best wel wat meer sturen op PV op bedrijfsdaken.

  2. De crux zit hem wat mij betreft in de staart “snippers zonneparken die gezamenlijk optellen naar slechts 12.740 ha”. Of je dit slechts moet noemen kun je je afvragen. Het feit deze oppervlakte inderdaad als ‘snippers’ de kwaliteit van de leefomgeving voor veel mensen zal gaan bepalen, geeft echter wel te denken over de aanpak en de regie op.de ontwikkeling van zonneterreinen (er is veelal niks parkachtigs aan). Vanuit het idee dat de voordelig in het buitengebied aangelegde kabels niet alleen een aanzuigende werking zullen hebben op nieuwe zonneterreinen maar ook op energievretende bedrijfstakken (zie ook zaterdagbijlage Trouw van 13 februari 2021), is meer ruimtelijke geen overbodige luxe. Misschien biedt een stevig concentratiebeleid, conform het windbeleid in sommige delen van het land, met de overheid als ontwikkelaar hierin houvast.

  3. Zoals gebruikelijk een objectieve opsomming van heldere argumenten, voor zover ik kan beoordelen. PV op bestaande daken is alleen efficient (zowel m.b.t. kosten als CO2) als dit zonder grote constructieve aanpassingen kan. Op nieuwe daken (zowel woning- als utiliteitsbouw) kan constructie en E-net hierop worden gedimensioneerd, en wordt PV vaak al meegenomen vanwege de BENG-eisen.

  4. De discussie lijkt mij voornamelijk gevoed door het korte termijn eigenbelang (niet in mijn achtertuin, wandelgebied, zag er een hertje etc etc) waar hij veeleer zou moeten gaan over het algemeen belang. Het doel zou moeten zijn dat te doen waar de meeste van ons (plus toekomstige generaties . . . als we ons als beschaafd willen classificeren) de beste leefomgeving door zullen krijgen en behouden. Zo’n Ikea dak vol is natuurlijk niets tegenin te brengen, perfect maar al die huisjes . . .

    Inmiddels zie ik overal die lelijke zwarte en blauwe platen op de huizen liggen in steden. Tevens zie ik ook de bezorgdheid om de vaak zeer hete zomers en dus meer en meer (energie slurpende) airconditioners. Om de steden qua leefbaarheid te verbeteren zouden we wellicht meer moeten denken aan juist biodiversiteit . . . in de steden! Groene daken, bomen en struiken zorgen niet alleen voor verkoeling en betere waterhuishouding maar ook voor een wel zeer prettige leefomgeving. Als de meeste van ons daar wonen en daar ook nog eens de meeste tijd doorbrengen . . . lijkt me een “inkoppertje”.

    Tel daarbij nog eens op dat van landbouwgrond naar zonnepark qua biodiversiteit vrijwel altijd een vooruitgang is, dan begrijp ik soms niet meer waar die tegenstand in zit. Dat kan alleen maar korte termijn eigenbelang zijn, echt niet het algemeen belang en zeker niet vooruitdenken aan toekomstige generaties.

    Vooralsnog lijkt mij de meest optimale oplossing veel wind op zee, zonneparken voor energie en biodiversiteit en echt veel meer groen in de steden. Energie, biodiversiteit en leefbaarheid! Wat? Voedsel productie? 2/3 van Nederland boerenland, Nederland 2e grootste exporteur van de wereld, beetje klein landje wel,. . . we kunnen best een procentje van dat oppervlak missen. Zelfs wel meer, zodat we ook de woningen . . . andere discussie, sorry!

  5. Bij punt 1 snap ik niet waar je op baseert dat dunne film zonne energie niet rendabel is?
    Het is per opgewekte kwh, namelijk net zo duur of goedkoper om aan te schaffen. Dat komt doordat het veel minder materiaal kost.
    Of bedoel je dat het rendement per m2 lager is? Want dat klopt dat ligt zo een 20% lager.
    Toevallig heb ik een paar maanden geleden geïnformeerd over de prijs voor een dak ter grootte van een voetbalveld en dat was 80 cent per wattpiek.
    Ter vergelijking de prijs van de zonnepanelen op mijn dak waren 1,20 per wattpiek. Grootschalige aanleg is uiteraard goedkoper maar er zijn bijna geen zonneparken die 80 cent per wattpiek halen.
    Dus de financiële opbrengst is volgens mij nog steeds prima, vooral omdat je geen huur voor de grond hoeft te betalen.

    • Ik denk dat je wat dingen door elkaar haalt. Een park aanleggen kost op dit moment zo’n 60 cent per WP (bron: https://www.enpuls.nl/media/vyljrgup/mkba_inpassing_van_zonne-energie_-_juli_2020_-_berenschot-kalavasta.pdf). Ik vermoed nu al minder. Bij een dak wordt de prijs voor een groot deel bepaald door arbeid en veiligheidsvoorzieningen. Dat valt bij een park grotendeels weg door seriematigheid. Naast schaalkosten verklaart dat het grote verschil. Dunne film techniek op folies kosten per Wp aanzienlijk duurder en zijn niet concurrerend met zonneparken.

      • Als ik kijk op aanbiedingen van zonneparken op zonnepanelendelen of duurzaaminvesteren zie ik geen project van 60 cent per Wp.
        De onderzoekspopulatie van dat onderzoek lijkt me iets te gunstig.
        Wellicht is het exclusief landhuur o.i.d.

        Maar afgezien van dat je denkt dat dunne film duurder is per wattpiek als glas panelen, is er dus niets wat dunne film panelen duurder maakt op daken?

    • ja, moest ik even heel diep graven. Die heb ik opgeduikeld uit een presentatie van de netwerkbedrijven tijdens een bijeenkomst van één of andere branchevereniging. Ik speur nog even of ik de link kan vinden. Was in ieder geval een gecombineerde visie van 3 netwerkbedrijven in het kader van netverzwaringsopgaven.

  6. Ad1) Ik kan nergens een onderzoek/analyse vinden die aangeeft welk aandeel industrieel dak wel of niet kan voldoen. Ook vind ik nergens een gedegen rekensom die aangeeft hoeveel het kost om dit areaal wel geschikt te krijgen. Heb je daar gegevens over? Hoe verhoudt zich dat met het beschikbare SDE+budget/jr voor zonnecentrales? Tevens dan ook de financiële voordelen voor pandeigenaren/gebruikers verdisconteren.
    Ad2) Ook bij deze stelling vind ik weinig feitelijke onderbouwing.
    Ad3) Dit lijkt mij een oplosbaar (geld-)probleem. Verder ook magere getalsmatige onderbouwing.
    Ad4) Naar mijn weten is OIlongren bezig met een verplichting voor zon op dak per 2022; of dat lukt is de vraag, maar het is wel ingezet. Weerstanden zullen er zijn, zeker, maar waar treffen we die niet in de energietransitie? De stelling dat dit onvoldoende snel zou kunnen om de doelen voor 2030 te halen, zie ik niet onderbouwd. Waar baseer je dat op? (zie ook figuur werkelijke groei zonne-energie t.o.v. veronderstelde groei in plan Urgenda)
    Ad 5) Dat het geld de andere kant op moet is evident, als je wilt verschuiven van zonnecentrales (weinig ‘park’ idd) naar meer zon op dak.
    Ad 6) Wat nu niet kan, moet straks maar wel kunnen: de energietransitie kan ook op dit vlak onorthodoxe maatregelen vragen.
    Ad7) Kun je dat nader onderbouwen? De lezer moet dit nu maar voor waar aannemen.
    Ad8) Dooddoener. De energietransitie vraagt gewoon om veel geld; net als het in stand houden van onze economie tijdens coronatijd. Blijkbaar is het geld er wel. De vraag is: zijn we bereid het hier aan uit te geven (en overigens de installatiesector weer aan het nodige werk te helpen; meer werkgelegenheid)?
    Ad9) Oordelen over landschappen zijn altijd subjectief, maar één ding is duidelijk: groen dat je opgeeft komt hoogstwaarschijnlijk niet meer terug. Die belofte riekt naar valsheid. Bovendien is 20 – 25 jaar een hele generatie ‘landschapsbeleving’. Ik zou daar niet zo lichtzinnig over doen.
    Ad 10) Opvallende redenering: omdat het in de bio-industrie misgaat, moet dat bij zonnecentrales ook maar kunnen. Opvallend is dat bij de ontwikkeling van zonnecentrales overheden koketteren met het argument dat het allemaal lokale energieopwekking is, de stroom uit je eigen regio, je bijna persoonlijk electronenbundel, waarbij je zelf als buurtbewoner meeprofiteert. Dat valse sentiment wordt afgestraft met de wetenschap dat gewoon internationale business as usual is. Ik heb overigens ook niks tegen buitenlandse ondernemers, begrijp me goed.
    Ad 11) Eens
    Ad12) Biodiversiteit-toename is op zijn gunstigst bijvangst van een zonnecentrale, omdat je de bodem laat verschralen. Dat effect vindt (logischerwijs) plaats op die delen waar voldoende licht en water valt. Maar datzelfde zou je ook zien gebeuren als je autokerkhof op een weiland begint. De redenering dat dus zonnecentrales de biodiversiteit verhogen is naar mijn mening het gebruiken van een gelegenheidsargument. Overigens toont het onderzoek van de WUR, waar je naar verwijst, nog onvoldoende effect aan, omdat van de 25 onderzochte zonnecentrales verreweg de meeste zijn gebouwd in en na 2018. In die korte periode meet je nog nauwelijks afname van organisch gebonden koolstof in de bodem. Bij één van de centrales die wel ouder was bleek dit effect onder de panelen wel groot te zijn. Dus de bodem levert wel degelijk in kwaliteit in door bedekking van zonnepanelen. Verder meldt dit rapport ook dat er een grote kans is, dat zonnecentrales in weidevogelgebieden deze vogels verjaagt. Ik hoop (en neem aan) dat je dit een ongewenst effect vindt.
    Ad13) Dat klopt: Nederland wordt inderdaad niet volgeplempt met zonnecentrales. Maar dat laat onverlet dat er wel degelijk goede ruimtelijke regie nodig is om versnippering van landschappen tegen te gaan. In het MilieuBeleidsPLan 1 (NMP1) was dit zelfs een durrzaamheidsthema. Natuurlijk verandert ons landschap door van alles en nog wat, maar dat is geen legitimatie om ieder boer maar de vrijheid te geven zijn akkers te verpatsen aan een ondernemer die er een zonnecentrale van wilt maken.
    Ad14) Lees het plan van Urgenda. Ben benieuwd wat je vindt van hun aandeel benodigd zonnecentrale (ca. 500ha voor heel NL)
    Ad15) Eens. De invloed van zonnecentrales zou ik hier zelfs irrelevant noemen. Dit moet zowieso gebeuren.

    Slotwoord:
    Het rationeel technocratisch beargumenteren van de noodzaak van zonnecentrales negeert het uitgangspunt dat ook de energietransitie een maatschappelijke transitie is. Je kunt dat affakkelen door te stellen dat het te actorencomplex is, maar als het complex is, dan is dat het gegeven waar we mee moeten werken. Eromheen manoeuvreren is eigenlijk top-down opleggen van wat naar jouw mening moet gebeuren. Of zoals onze wethouder duurzaamheid in Amersfoort zei: het is aan de bevolking niet uit te leggen dat we weilanden nodig hebben, als de daken nog leeg blijven. Die dimensie van de transitie sla je geheel over. Misschien lever ik in op de MW’s als ik pleit voor ‘eerst de daken’, maar als ik daar de mind-set van de bevolking in de richting van duurzaamheid stuur, zet ik daarop in.

    Verder: zonnepanelen langs snelwegen, op stortplaatsen, industrie-terreinen, bij luchthavens, etc. prima! Niemand zal daar tegen zijn.

    • Je bent duidelijk geen voorstander maar ik krijg ook geen gevoel bij je alternatief. Ik stel je vragen op prijs maar neem ze even als kennisgeving aan. Het vraagt bijna een nieuwe blog om overal op te reageren. Ook in vragen kan een subjectieve mening zitten.

      • Een mening is altijd subjectief, maar dit terzijde. In welke vraag van mij zie je dit terug? Ik pleit voor verantwoord ruimtelijk beleid en een intensivering van ‘zon op dak’, als je mijn reactie goed leest.

  7. Hoi Jan Willem: Reactie op jouw punt 12:Zonneparken worden niet gebouwd op gronden met een hoge landschappelijke waarden wat wordt verondersteld door tegenstanders.
    Geldt jouw stelling ook op in het volgende geval: De gemeente Groningen wil 9 ‘kleine’ zonneparken ( max. 10 ha.) toestaan in het groningse Hondsrug gedeelte van het Nationaal Park de Drentsche Aa: een kleinschalig, natuurlijk, kwetsbaar, cultuurhistorisch, landschappelijk en archeologisch waardevol gebied.

  8. Beste Jan Willem,
    Je verwijdt anderen dat anderen geen compleet beeld geven, maar de pot verwijdt ook hier de ketel.

    Ik adviseer je de Smart Farmer Grid rapporten en Verkennend onderzoek Reiderland Winschoten te lezen.
    Daar staan niet alleen de knelpunten van het netwerk maar ook de oplossingen.
    Met veel van je collega’s al gesproken.

    Daar lees je dat het knelpunt is en blijft de mismatch tussen afname en opwek, of met andere woorden het lage percentage 95% dat het netwerk op moet.

    Bij zon op dak is deze verhouding >15% eigen verbruik natuurlijk veel beter dan bij zonneparken, zeker als je ook nog flexibel vermogen, accu’s en waterstofproductie gebruikt kan het oplopen tot >75%.
    Alleen meer eigen verbruik heeft bijna GEEN verdienmodel , daar zullen we dus SDE++ subsidie voor moeten uittrekken!

  9. Het gaat ondertussen niet alleen meer om de energietransitie, het op korte termijn geld en energie investeren om een transitie in het gehele gedachtegoed op te wekken ten aanzien van het (consumptieve) energievraagstuk zal uiteindelijk een hoger en beter rendement opleveren dan welk huidig aards zonne of PV project ook. Want ook zonnepanelen zijn eenvoudigweg een toevoeging aan het arsenaal gebruiksartikelen tbv de consumptie maatschappij. Vastklampen aan de doelstelling voor het opwekken van (de continu groeiende behoefte) elektrische energie binnen een gestelde tijdgrens is als een kat in het nauw drijven, en een kat in het nauw maakt rare sprongen, met vaak pijnlijke gevolgen.

  10. Dag Jan-Willem, idd niet te doen om op alle voors en tegens in te gaan. Ik heb wel een aanvulling: Bij Zon op Dak is het lang niet altijd nodig om een te licht geconstrueerd dak te verzwaren. Wij bieden een oplossing van een duurzame dakbedekking met een zeer lange levensduur en flexibele lichtgewicht panelen van 330 Wp die desgewenst pre-fab bij ons zusje Brainport Assembly worden aangebracht op dakbanen. Totaalgewicht incl. dakbedekking ca,. 4,5 kg/m2. Zeker voor bedrijven die een keer hun dak moeten vernieuwen voordat ze er panelen op willen zetten is dit interessant; Terugverdientijd incl. de dakbedekking is natuurlijk wat langer dan alleen panelen, maar je hebt dan ook je dak terugverdiend terwijl je anders niets zou doen.
    Er is dus een economisch rendabele oplossing voor licht geconstrueerde daken!

Plaats een reactie